Wat zijn gevaarlijke stoffen
Wat verstaan we precies onder gevaarlijke stoffen? De volgende definitie is afgeleid uit het Arbobesluit.
Gevaarlijke stoffen zijn stoffen en preparaten (mengsels of oplossingen van stoffen), waarvan de eigenschappen of de omstandigheden waaronder ze voorkomen gevaar voor de gezondheid of hinder kunnen opleveren.
Gevaarlijke stoffen die onder biologische agentia vallen en ook in de zuivel kunnen voorkomen, zoals listeria monocytogenes, salmonella spp, staphylococcus aureus, escherichia coli en legionella, worden in dit deel van arbocatalogus niet meegenomen.
In deze Arbocatalogus vindt u de belangrijkste basisinformatie over de chemische gevaarlijke stoffen en preparaten.
Van ongeveer 20.000 stoffen is bekend dat ze onder bovenstaande definitie vallen. In artikel 34 van de Wet op Milieugevaarlijke Stoffen (WMS) zijn ze als volgt ingedeeld:
- Ontplofbaar
- Oxiderend
- Zeer licht ontvlambaar
- Licht ontvlambaar
- Ontvlambaar
- Zeer vergiftig
- Giftig
- Schadelijk
- Bijtend (corrosief)
- Irriterend
- Sensibiliserend
- Kankerverwekkend (carcinogeen)
- Mutageen
- Voor de voortplanting vergiftig
- Milieugevaarlijk
Volgens de definitie kunnen ook preparaten onder de gevaarlijke stoffen vallen. De exacte rekenregels voor de samenstelling hiervoor staan in de Europese Preparatenrichtlijn, 1999/45/EG.
Gevaarlijke stoffen zijn te herkennen aan het etiket op de verpakking. Het etiket bevat een gevaarsymbool en de bijbehorende Risk- en Safety- zinnen.
De R-zinnen zijn waarschuwingszinnen over bijzondere gevaren van gevaarlijke stoffen en preparaten. De S-zinnen zijn veiligheidsaanbevelingen ten aanzien van gevaarlijke stoffen en preparaten.
Hieronder ziet u een vereenvoudigd schema om vast te stellen of een preparaat onder de gevaarlijke stoffen valt.
categorie stof | enkele R-zinnen behorend bij deze categorie* | gewichtspercentage waarboven stof als gevaarlijk moet worden beschouwd |
zeer giftig, carcinogeen of mutageen | R 26, 27, 28, 45, 46, 49, 68 | 0.1 % |
reprotoxisch | R 60, 61 | 0.5 % |
verdacht carcinogeen, verdacht mutageen, bijtende/sensibiliserende stoffen | R 40 | 1 % |
giftige stoffen | R 23, 24, 25 | 3 % |
verdacht reprotoxische stoffen, irriterende stoffen | R 36, 37, 38, 62, 63 | 5 % |
schadelijke stoffen | R 20, 21, 22 | 25 % |
* deze opsomming is niet volledig
Welke strategie moet u volgen
Tijdens het werken met gevaarlijke stoffen moet u de nodige maatregelen treffen om blootstelling en de kans op een ongeval zoveel mogelijk te beperken.
Hierbij volgt u de arbeidshygienische strategie. Een stap mag u alleen overslaan als daar een gegronde redden voor is.
- Vervang de gevaarlijke stof, of voorkom blootstelling aan de stof door afscherming.
- Voer met de stof verontreinigde lucht af (ventilatie).
- Beperk de duur van de blootstelling en het aantal blootgestelde medewerkers.
- Laat medewerkers persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken.
De veiligheid en de gezondheid van medewerkers staat voorop. Daarom moet een leidinggevende naast het volgen van de arbeidshygiënische strategie nog een aantal maatregelen treffen en risicogroepen voldoende ontzien. Risico groepen zijn medewerkers jonger dan 18 jaar, zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven.
Welke fases doorlopen gevaarlijke stoffen in de kaas en zuivel
Gevaarlijke stoffen leggen binnen de kaas- en zuivelindustrie een heel traject af.
- Aanschaf
- Transport
- Registratie
- Opslag
- Gebruik
- Afvalbeheer
De minimum eis is: Zorg dat u vastgelegd heeft in welke fase welke stoffen zich waar bevinden.
Werkzaamheden waarbij medewerkers in de kaas zuivel in aanraking komen met gevaarlijke stoffen zijn:
– Reinigen en desinfecteren van ruimten, apparatuur en materiaal (irriterende, bijtende en corrosieve stoffen).
– Ongedierte bestrijding.
– Verpakken van kaasproducten (stikstof- en koolzuurgas)
– Bedrukken van dozen met productnaam en streepjescodes (inkt uit cardridges)
– Onderhoud en reparaties van machines, apparatuur en ruimten (olie en smeermiddel, koelvloeistof, accuzuur e.d.).